STRIJKMOLEN D

Zeilvoering  


"Alhoewel je heel veel variaties in zeilvoering hebt, gebruik je er maar een paar."



Of en hoeveel zeil de molenaar voor legt, hangt af van de wind, van wat hij moet doen en van hoeveel puf hij nog heeft.

Dat het af hangt van hoeveel wind er staat spreekt voor zich. Bij weinig wind zit er niets anders op dan alle vier de wieken met zeil te bedekken. En met harde wind doet de molenaar er geen zeil voor en kan hij zelfs ervoor kiezen enkele borden eruit te halen.

Als de molen werk moet verrichten: water pompen, meel malen, hout zagen of olie persen bijvoorbeeld, dan is er meer zeil nodig dan wanneer hij 'voor de Prins draait' of 'uit zijn werk staat'. Wanneer hij geen arbeid verricht dus.

Tegenwoordig, nu veel molenaars draaien met een molen voor hun hobby, ligt het ook aan hoeveel zin ze hebben om zeil voor te leggen. Best een karweitje.



Vier borden eruit.
(Geknipte nagels)
Vier borden eruit.
(Geknipte nagels)
Zonder zeil.
(Blote benen)
Zonder zeil.
(Blote benen)
Twee wieken met vol zeil en twee blote benen.
(Tweemaal vol)
Twee wieken met vol zeil en twee blote benen.
(Tweemaal vol)
Alle wieken met vol zeil.
(viermaal vol)
Alle wieken met vol zeil.
(viermaal vol)
Twee wieken met een puntje zeil weggerold (duiker) en twee wieken met vol zeil.
Twee wieken met een puntje zeil weggerold (duiker) en twee wieken met vol zeil.
Vier duikers.
Vier duikers.
Twee wieken waar het zeil iets verder is opgerold (lange halve) en twee duikers.
Twee wieken waar het zeil iets verder is opgerold (lange halve) en twee duikers.
Tweemaal vol en twee lange halve.
Tweemaal vol en twee lange halve.
Vier lange halve.
Vier lange halve.
Twee halve (waar het zeil tot de helft is opgerold) en twee lange halve.
Twee halve (waar het zeil tot de helft is opgerold) en twee lange halve.
Vier halve.
Vier halve.
Twee hoge lijnen (hierbij is het zeil voor tweederde opgerold en zit met een lijn hoog vast) en twee halve.
Twee hoge lijnen (hierbij is het zeil voor tweederde opgerold en zit met een lijn hoog vast) en twee halve.
Vier hoge lijnen.
Vier hoge lijnen.
Twee blote benen en twee hoge lijnen.
Twee blote benen en twee hoge lijnen.
Twee storm einden (waarbij het zeil bijna helemaal weggerold is) en twee blote benen.
Twee storm einden (waarbij het zeil bijna helemaal weggerold is) en twee blote benen.